Ongeveer driekwart van de Nederlanders is voorstander van windenergie. Maar wanneer een windpark in de buurt komt, daalt de bereidheid om het windpark te accepteren meestal. Dat heeft deels te maken met hoe de omgeving wordt betrokken in het proces. Daarom heeft de windenergiebranche een gedragscode opgesteld. Die gedragscode is bedoeld om goede afspraken te maken over hoe de omgeving wordt betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe windparken.
RWE onderschrijft deze gedragscode van harte.
De Gedragscode Acceptatie & Participatie Windenergie op land is opgesteld en ondertekend door Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA), de provinciale natuur- en milieufederaties, Natuur & Milieu, Greenpeace, Milieudefensie en Ode Decentraal. Kern van de gedragscode is dat de omgeving in een zo vroeg mogelijk stadium bij windprojecten wordt betrokken. Voor ieder project wordt in overleg met belanghebbenden en het bevoegd gezag een participatieplan opgesteld, waarmee afspraken over participatie door burgers vast komen te liggen. Hierbij staat maatwerk centraal.
Ook stelt de initiatiefnemer van een windproject een aanspreekpunt voor de omgeving aan. De lusten en lasten moeten zo goed mogelijk worden verdeeld en overheden moeten een actieve rol spelen bij het betrekken van de omgeving. In de Gedragscode is een richtbedrag opgenomen van € 0,40-0,50 per MWh, dat ten goede komt aan de omgeving. De besteding van het bedrag wordt in overleg met betrokken inwoners en organisaties vastgesteld.
De gedragscode committeert alle ondertekenaars aan de basisprincipes voor lokale betrokkenheid en werd in 2014 positief gewaardeerd door de minister van Economische Zaken.
De samenwerking bij een windproject tussen de overheden, ontwikkelaar en omgeving kan worden vastgelegd in een participatieplan. In opdracht van NWEA is een handleiding opgesteld voor het opstellen van een participatieplan: welke instrumenten kunnen worden ingezet en hoe kan participatie in alle fasen van de ontwikkeling van een windpark worden ingezet?